Zachte landingsbanen voor oudere werknemers

Foto van  David Siglin via Unsplash

Invoering zachte landingsbanen onder bepaalde voorwaarden mogelijk via individuele schriftelijke overeenkomst

Sinds 2018 kan een oudere werknemer van 58 jaar of ouder, die ervoor opteert om een minder belastende job uit te voeren, onder bepaalde voorwaarden een zachte landingsbaan opnemen.

Hierdoor kan hij zijn takenpakket verlichten zonder dat dit gepaard gaat met een omvangrijk loonverlies. De werkgever of de sector kent immers aan de werknemer een bepaalde financiële tegemoetkoming toe bovenop zijn loon.

De maatregel zachte landingsbaan blijkt op heden geen onverhoopt succes te zijn, dit mede door de logge procedure die gevolgd moest worden om te voorzien in een zachte landingsbaan.

Vanaf 1 januari 2019 is deze procedure vereenvoudigd. Indien de sociale partners geen cao afgesloten hebben, kan vanaf dan een zachte landingsbaan ingevoerd worden door een schriftelijke individuele overeenkomst tussen werkgever en werknemer.

Voorwaarden zachte landingsbaan

Om in aanmerking te kunnen komen voor een zachte landingsbaan moeten de volgende voorwaarden voldaan zijn: 

• De vergoeding is vastgesteld bij collectieve arbeidsovereenkomst, gesloten in een paritair orgaan en algemeen verbindend verklaard bij koninklijk besluit, en wordt betaald door een Fonds voor Bestaanszekerheid of door de werkgever.
•  Indien er geen sectorale cao afgesloten is hieromtrent, kan u als werkgever voorzien in een zachte landingsbaan door:
  - ofwel een ondernemingscao af te sluiten;
  - ofwel een wijziging van het arbeidsreglement te voorzien;
  - ofwel op het niveau van de werknemer door een individuele schriftelijke overeenkomst.
• Indien de onderneming onderworpen is aan de bepalingen van cao nr. 104 over de uitvoering van het werkgelegenheidsplan voor oudere werknemers moet deze maatregel hierin opgenomen worden.
• Deze cao of wijziging van het arbeidsreglement bepaalt uitdrukkelijk welke maatregelen in het kader van de omschakeling van ploegen- en nachtarbeid of van de verlichting van de werklast het voorwerp kunnen uitmaken van het toekennen van deze vergoeding. De individuele schriftelijke overeenkomst bepaalt eveneens uitdrukkelijk welke maatregel het voorwerp uitmaakt van het toekennen van deze vergoeding. Deze maatregelen moeten een vermindering van het inkomen van de werknemer tot gevolg hebben en de werknemer moet minstens 80% werken.
• De vergoeding voor de werknemer die overgaat van een voltijdse naar een 4/5de tewerkstelling, is enkel vrijgesteld van sociale zekerheidsbijdragen indien de werknemer minstens 60 jaar is.
• Het bedrag van de vergoeding mag niet hoger zijn dan het loonverlies dat de werknemer heeft geleden ingevolge de maatregelen in het kader van de verlichting van de werklast en niet tot gevolg hebben dat het nettoloon van de werknemer hoger is dan voor de verlichting van de werklast.
• Deze vergoeding wordt geïndexeerd volgens het algemeen geldende indexeringsmechanisme dat binnen die onderneming van toepassing is. Het aldus berekende bedrag wordt op de hogere euro afgerond.

Bron:
KB 12 december 2018 tot wijziging van artikel 19 van het KB van 28 november 1969 tot uitvoering van de wet van 27 juni 1969 tot herziening van de besluitwet van 28 december 1944 betreffende de maatschappelijke zekerheid der arbeiders, BS 21 december 2018.


Lees hier het volledige artikel.

Misschien heb je ook interesse in dit artikel.


Volg je ons al op LINKEDIN?